Pseudomyxoma Peritonei | In samenwerking met de PMP-contactgroep скачать в хорошем качестве

Pseudomyxoma Peritonei | In samenwerking met de PMP-contactgroep

Welkom bij deze video over Pseudomyxoma Peritonei, ofwel PMP. Meer informatie over de Pmp-contactgroep vind je via deze link: https://zeldzamekankers.nl/pseudomyxo... In deze video leg ik je uit: Wat PMP is en welke vormen van PMP er zijn; Hoe PMP ontstaat; Hoe mensen na de diagnose behandeld worden; Welke invloed PMP heeft op een patiënt. PMP is een niet-erfelijke vorm van buikvlieskanker die zich vrijwel altijd in de blindedarm ontwikkelt, maar soms ook in de eierstokken of andere buikorganen. Het is een slijmvormende kanker. Er zijn twee vormen van PMP: laaggradig en hooggradig. Laaggradige PMP groeit minder agressief en groeit niet in lymfeklieren, bloedvaten of andere organen. Deze vorm van PMP dringt andere organen niet binnen en komt alleen voor op de buitenkant van organen. Laaggradige PMP bestaat vooral uit slijmcellen en in mindere mate uit tumor- of kankercellen. Het slijm is een bijproduct van de kankercellen. Hooggradige PMP bevat meer kankercellen en is agressiever. In tegenstelling tot laaggradige PMP kan hooggradige PMP door de buitenste laag van organen heen groeien en uitzaaiingen veroorzaken. Het stellen van de diagnose PMP duurt vaak lang. Dit komt deels doordat de ziekte zeldzaam is en daardoor niet direct wordt herkend door huisartsen en specialisten. Daarnaast ontwikkelen klachten zich meestal pas in een later stadium, waardoor veel mensen pas laat een arts raadplegen. Omdat deze klachten vrij algemeen zijn, wordt niet direct aan PMP gedacht. PMP wordt behandeld met een CRS-HIPEC-operatie. Dit is een operatie waarbij de buikholte wordt opengemaakt. Het eerste deel van de ingreep is de Cyto Reductive Surgery, afgekort met CRS. Tijdens dit deel van de operatie worden zoveel mogelijk kankercellen en slijm verwijderd. Het tweede deel van de ingreep is de hypertherme intraperitoneale chemotherapie, afgekort met HIPEC. Hierbij worden de buikholte en organen met verwarmde chemospoeling gespoeld, hierdoor worden de overgebleven kankercellen geremd in hun groei of vernietigd. Het is een erg zware en ingrijpende operatie. Op dit moment is dit de enige effectieve behandeling voor alle soorten PMP. Door de grootte en daarmee ook tijdsduur van de ingreep duurt een ziekenhuisopname bij deze operatie één tot meerdere weken. Het herstel na de operatie hangt af van de conditie van de patiënt voorafgaand aan de ingreep en de omvang van de verwijderde weefsels. Omdat PMP vaak laat wordt ontdekt, is de algehele conditie vaak al verslechterd. Sommige patiënten ervaren blijvende gevolgen, zoals verminderde weerstand door verwijdering van de milt of het vetschort, verwijdering van de eierstokken bij vrouwen of een (tijdelijke of blijvende) stoma. Voor patiënten met PMP is het goed om te weten dat veel hulp na je operatie beschikbaar is. Vraag om advies aan je verpleegkundig specialist in het ziekenhuis of bespreek het met de huisarts. Zij kunnen je gericht doorverwijzen naar waar jij behoefte aan hebt. Ook kun je voor steun, tips en adviezen terecht bij de PMP-contactgroep. Na de behandeling ga je minimaal één keer per jaar op controle in het ziekenhuis. Tijdens de controle wordt er bloed geprikt om te kijken naar tumormarkers. Meestal wordt er bij de controle ook een CT-scan gemaakt om te kijken of er tumorweefsel of slijm in de buik aanwezig is. Het kan gebeuren dat bij een controle blijkt dat PMP weer terug is. Afhankelijk van de situatie kan ervoor gekozen worden om meteen weer een behandeling te starten of om nog te wachten. De ernst van de klachten is dan bepalend voor de snelheid van behandelen. Soms is het niet mogelijk om te opereren omdat de buik te veel te lijden heeft gehad van vorige ingrepen. Als er gewacht wordt met een behandeling, worden er met regelmaat controles gepland en pas als de klachten ernstig zijn, wordt er een nieuwe operatie gepland. Hoe groot de kans is dat PMP na een operatie terugkomt, is lastig te voorspellen. Dit komt doordat er wereldwijd weinig onderzoek naar is gedaan en het per patiënt sterk kan verschillen. Wel zijn er drie factoren bekend die hier invloed op hebben: het type PMP, de mate van verspreiding bij de eerste ontdekking en de hoogte van de tumormarkers bij ontdekking Leven met PMP is niet altijd makkelijk, maar je kunt er vaak nog lang en goed mee leven. Iemand met PMP moet zijn of haar leven wel aanpassen aan de ziekte en de energie die ze na de grote behandeling over hebben. Dat vraagt wel een aanpassing. Toch is een goede kwaliteit van leven met PMP mogelijk. Deze video is gemaakt door de PMP contactgroep voor alle mensen die, op welke manier dan ook, in contact komen met PMP. Lotgenoten kunnen veel voor elkaar betekenen. Wil je in contact komen, meer weten of heb je opmerkingen? Dan kan je contact opnemen met de PMP contactgroep.