Medicatie in % - verpleegkundig rekenen - medisch rekenen скачать в хорошем качестве

Medicatie in % - verpleegkundig rekenen - medisch rekenen

#medicatiein% #verpleegkunde #verzorgendeIG #medischrekenen #verpleegkundigrekenen #drenthecollege 1. Je hebt een flacon Lidocaïne-oplossing van 2%. De inhoud van deze flacon is 20 ml. Hoeveel mg Lidocaïne bevat deze flacon? 2. Een zorgvrager krijgt 10 mg Haldol-druppels voorgeschreven. Op voorraad is Haldol van 2%. Hoeveel ml Haldol geef je? 3. In voorraad is een ampul Deca Durabolin-oplossing van 0,5 %. De inhoud van de ampul is 2 ml. Hoeveel milligram Deca Durabolin bevat deze ampul? 4. Je moet bij een zorgvrager 2 druppels Cyclopentolaat druppelen. Je beschikt over oogdruppels Cyclopentolaat 10 mg/1 ml ( 20 druppels = 1 ml). Hoeveel mg Cyclopentolaat heb je de zorgvrager gegeven? 5. Een zorgvrager moet je 18 mg Deca Durabolin toedienen. Je hebt in voorraad ampullen met een 2% oplossing Deca Durabolin. Hoeveel milliliter (ml) moet je injecteren? 6. Je hebt een ampul met 2 ml morfine 3%. Hoeveel mg morfine bevat deze ampul? 7. Je moet een zorgvrager 2 druppels Scopolamine in het rechteroog geven. Op voorraad zijn Scopolamine-oogdruppels FNA 2,5 mg/ml (20 druppels = 1 ml). Hoeveel mg Scopolamine heb je toegediend? 8. In voorraad heb je een flacon Zantac met een concentratie van 2%. Je moet 10 mg per injectie toedienen. Hoeveel milliliter (ml) spuit je dan in? 9. Op voorraad is een ampul Kaliumchloride 7%. In de ampul zit 10 ml. Hoeveel mg Kaliumchloride zit er in deze ampul? 10. Op de afdeling is een druppelvloeistof Alimemazie met een sterkte van 40 mg/ml (20 druppels = 1 ml). Om 22.00 uur moet je een zorgvrager oraal 20 mg Alimemazine geven. A Hoeveel druppels zijn dit? Om 02.00 uur geef je nog 8 druppels. B Hoeveel mg is dit? 11. In voorraad is een ampul Lidocaïne-oplossing 2%. Je moet een zorgvrager 30 mg injecteren. Hoeveel ml geef je? 12. Je hebt een flacon met Haldol 0,5%. Je moet een zorgvrager 10 mg Haldol toedienen. Hoeveel milliliter (ml) injecteer je? 13. Je hebt een flacon met Auromyose-oplossing 20%. Je moet een zorgvrager 300 mg Auromyose toedoenen. Hoeveel milliliter (ml) geef je? 14. Je moet een zorgvrager 5 mg Haloperidol geven en je beschikt over een druppelvloeistof 2 mg/ml ( 20 druppels = 1 ml). A Hoeveel ml moet je toedienen? B Hoeveel druppels zijn dit? 15. In voorraad heb je een Atropineoplossing van 0,25%. Als je 0,40 mg Atropine moet geven, hoeveel milliliter (ml) zuig je op in de injectiespuit? 16. Een zorgvrager moet je Midazolom geven, 0,10 mg/kg, de zorgvrager weegt 70 kg. Je beschikt over Midazolam 0.2%. A. Hoeveel mg moet je toedienen? B. Hoeveel ml moet je injecteren? 17. Je beschikt over Morfine 4 %. Je moet een zorgvrager 20 mg geven. Hoeveel ml injecteer je? 18. Een zorgvrager moet je 10 mg Morfine geven. Je beschikt over Morfine 2%. Hoeveel ml moet je injecteren? 19. en zorgvrager heeft 4 tenen gebroken. De arts geeft opdracht hem Morfine i.m. te geven. Je beschikt over Morfine 4 %. Je moet 20 mg geven. Hoeveel ml injecteer je? 20. Een zorgvrager heeft al dagen ernstige rugpijn. De arts schrijft Pethidine voor. Je beschikt over Pethidine 5% en je moet 60 mg geven. Hoeveel ml moet je injecteren?